In 1969 kwam Slava Hilbrands vanuit Servië naar Emmen om bij de Danlon te gaan werken. Nederlandse vrouwen werkten niet, vandaar dat het bedrijf in het buitenland adverteerde.
“Bij de Danlon moesten we de teentjes van de panty’s dichtnaaien en controleren”, vertelt Slava. “Maar eerst kreeg iedereen een manicure. Wat luxe hè, daar moet je nu voor betalen! Met zo’n 10, 12 meisjes woonden we aan de Laan van de Marel, nummer 195. Dat was krap, we zaten dicht op elkaar. Er was wel eens gedoe, maar daar heb ik weinig van gemerkt. Ik kwam er eigenlijk alleen om te slapen, verder was ik bij Rieks in Weerdinge.
Rieks werkte in het magazijn van de Danlon. Toen ik er nog maar twee dagen was, lag er al een briefje van hem op mijn naaimachine. We kwamen elkaar weer tegen toen we gingen dansen bij Grimme. Bij ‘Du’ van Peter Maffay sloeg de vonk over. Het is nog steeds ons liedje. Dit jaar zijn we 50 jaar getrouwd.
Tijdens de oorlog in de jaren negentig was het moeilijk om zo ver weg te zijn. Ik zat nachten voor de tv, bellen met familie. Mijn moeder zei: ‘Slava, blijf daar, bij je kinderen, er mag niks met je gebeuren!`. Als we met de feestdagen bij elkaar zijn, heb ik het nog altijd moeilijk. Dan voel ik wat mijn moeder gemist heeft. Maar ik praat er niet graag over, daar heb je immers niks aan.
Na de Danlon heb ik verschillende banen gehad, de laatste 25 jaar werkte ik met heel veel plezier bij de gemeente Emmen. Naast mijn werk was ik kaderlid van de vakbond en van de PvdA. Ook zat ik in de ondernemingsraad. Ik wilde iets doen voor de samenleving hè, dat had ik van huis uit meegekregen.
Ik woon meer dan 50 jaar hier en ik vind het nog steeds fijn. De buurt is prima, we groeten elkaar, maar zoeken elkaar verder niet op. Deze woning is mijn thuis. Ik ga alleen weg in een kist of omdat ik de trap niet meer opkom.”